Een raamwerk voor
een tweede Deltaplan
        Minister Schultz van Haegen riep tijdens het Nationaal Deltacongres iedereen 
        op om zo hard mogelijk mee te werken en zoveel mogelijk ideeën in te brengen 
        voor de invulling van de deltabeslissingen, zodat er niet alleen sprake 
        is van een dialoog, maar dat we ook echt aan de slag kunnen. 
        De Adviesgroep Borm & Huijgens combineert dan ook enkele rationele 
        visies tot een integraal raamwerk voor een voortgaand Deltaplan, waarbij 
        de uitgangspunten van de tweede Deltacommissie worden gerespecteerd. 
Voltooiing kustlijnverkorting
        Nederland wordt beschermd tegen stormvloed en behoed voor grootschalige 
        verzilting door ‘onze nationale trots’, de kustlijnverkortende dammen 
        van de Zuiderzeewerken en de Deltawerken. Twee gaten mochten toen niet 
        afgesloten worden vanwege de vermeende belangen van de havensteden. De 
        niet afgesloten Westerschelde ondermijnt inmiddels de stad Antwerpen. 
        Een open gebleven Nieuwe Waterweg veroorzaakt grootschalig zoetwaterverlies, 
        toenemende verzilting en een risicovolle situatie voor de Randstad. Met 
        aanvullende kunstwerken verdwijnen deze problemen. 
        Bij dreigende zee blijft een sterke en afsluitbare kustlijn onmisbaar. 
        
Duurzame kustbescherming 
        Sinds een halve eeuw is de kustafslag groter dan de aanwas. Dit noodzaakt 
        tot kustbescherming. De hiervoor aangevangen zandsuppleties vragen in 
        toenemende mate om gigantische hoeveelheden zand. Drijvende golfdempers 
        daarentegen reduceren de vernietigende kracht van hoge golven en bevorderen 
        samen met de natuurlijke processen de kustaanwas. Ze schaden het milieu 
        niet, zijn aanzienlijk goedkoper en flexibel en gericht in te zetten op 
        de kwetsbare plekken. Naast een gestuurde kustverdediging met strekdammen, 
        lijken golfdempers als aanvullende bescherming voor de Noordzeekust het 
        meest geschikt. 
Investeer in dijken
        Met zo’n 5000 gemalen en in totaal 17.500 kilometer 
        aan dijken wordt bemaald Nederland continue ontwaterd. Vervolgens kan 
        het water afvloeien en worden gespuid. 
        Een derde van onze dijken voldoet niet aan de normen van 1960 en het alsnog 
        op orde brengen verdient alle prioriteit. We moeten nu eenmaal op de dijken 
        kunnen vertrouwen.
Rivierwaterveiligheid door dijken, keringen en 
        berging 
        Extremen in rivierafvoer komen vaker voor. De 
        maatregelen van Ruimte voor de Rivier zijn niet afdoende. De Waal behoort 
        als hoofdader tussen forse en veilige dijken te liggen, die Nederland 
        verdelen in een noordelijke en zuidelijk grote dijkring. 
        De Randstad ligt laag en heeft geen waterbergend vermogen. De oostkant 
        moet beter worden beschermd tegen de hogere waterstanden die in de toekomst 
        worden verwacht om een economische ‘meltdown’ van Nederland te voorkomen. 
        Dit vraagt om afsluitbare keringen in Spui, Dordtsche Kil en Merwede. 
        
        Bij gesloten zeekeringen en hoge rivierafvoer kan het water geen kant 
        op. Een ruime integrale noodberging tussen de dammen in de Zuidwestelijke 
        Delta is nodig voor tijdelijke opvang. Mocht deze capaciteit op termijn 
        onvoldoende blijken, dan valt alsnog de aanleg van een extra bekken of 
        valmeer in zee te overwegen.

Vergelijk van een kleine en risicovolle noodberging Volkerak-Zoommeer met een integrale Deltaberging
Garandeer de zoetwatervoorziening
        Ook met extreem lage afvoeren dienen we rekening 
        te houden. De huidige afvoerverdeling van de grote rivieren mag men niet 
        langer als uitgangspunt hanteren. De herijking van de landelijke zoetwaterverdeling 
        (2009-2015) behoort de verziltingproblemen en zoetwatertekorten te minimaliseren. 
        Zeesluizen voor de Nieuwe Waterweg vergroten niet alleen de waterveiligheid, 
        ze maken ook een einde aan het grootschalige verlies van zoet water. Een 
        overvloed komt dan beschikbaar voor de meervoudige wateropgave van de 
        Randstad en voor vrijwel alle overige wateropgaven. De verdringingsreeks, 
        die bepaalt wie bij schaarste water krijgt, wordt overbodig. Met het zoete 
        water kan men de druk tegen verzilting maximaliseren en de grens zo dicht 
        mogelijk tegen de kustlijn leggen. Verder worden uitbreiding van de zoetwatervoorraden, 
        opslag van zoet water in de bodem en exportbekkens aan de kust mogelijk. 
        Dit geeft, ook als de omstandigheden veranderen, blijvend ruime watergaranties 
        voor de waterafhankelijke sectoren van onze economie.
De eco-economie
        Een gezond milieu vormt de rendabele basis voor 
        een gezonde economie. Het functioneel opnemen van geïsoleerd geraakte 
        wateren in het rivierwatersysteem bevordert de waterkwaliteit. Waterkwaliteit 
        is inmiddels is ondergebracht in het Deltafonds. Het is opgave om de landinwaartse 
        invloed van de zee terug te dringen en gelijktijdig de ecologische relaties 
        tussen de zee en de rivieren te herstellen. Hiervoor volgen twee suggesties, 
        die we graag nader onderzocht willen zien.
        

Een integraal raamwerk voor een klimaatbestendig Nederland - Schets: W. Borm
Van zeegatrelicten naar een estuarium
        Natuurbeschermingsinstanties kunnen niet anders 
        dan meeliften met veranderingen, maar streven gezamenlijk als Coalitie 
        Delta Natuurlijk bij voorkeur naar een evenwichtig en volledig verbonden 
        evoluerend estuarium. Het Uitvoeringsprogramma Zuidwestelijke Delta geeft 
        aan dit natuurdoel geen gestalte. Een estuarium is vanwege het risico 
        van zoutindring slechts aanvaardbaar met een verlengde stroomroute naar 
        zee. We stellen een S-bocht voor middels een doorsteek door Goeree, waarbij 
        de zoetwatervoorraden behouden blijven en we voldoen aan onze internationale 
        verplichtingen ten aanzien van vismigratie. 
        De Oosterscheldekering wordt dan de open afsluitbare monding naar zee. 
        Zo ontstaat een estuarium waarin de grote rivieren elkaar afvlakken en 
        ontmoeten. Doorstroming en getijden verhogen de kwaliteit ten gunste van 
        de natuur en de economie met de aanvoer van nutriënten en sediment. De 
        Haringvlietsluizen spuien alleen voor het stabiliseren van de zoutovergangszone 
        van het dynamische estuariene milieu en wanneer de waterveiligheid dit 
        vereist.
Doorstroming met IJsselwater
        Met een regelwerk in het Pannerdens kanaal is 
        de watertoevoer naar de IJssel te bepalen. We doen de suggestie om met 
        een dam het IJsselwater door de randmeren van de Flevopolder te sturen. 
        Vanuit het IJmeer stroomt het vervolgens verder door het Markermeer. Stroming 
        is voorwaarde voor de ontwikkeling van een Flevodelta. 
        Bescherming van de Afsluitdijk tegen storm en kruiend ijs door meegroeiende 
        klimaatbuffers is gewenst. De combinatie van een veilige Waddenkust met 
        een lange migratierivier voor trekvis brengt op verantwoorde wijze visrijkdom 
        terug in het Blauwe Hart. Deze stroom voert zilte overslag en zoute kwel 
        terug naar zee, zodat de zoetwatervoorraad in het IJsselmeer onaangetast 
        blijft. 
De overheid aan zet
        Er is nog niets besloten, maar in het kader van de nieuwe Deltawet behoren 
        ‘de Deltawerken van de toekomst’ dit jaar aan het kabinet te worden voorgelegd. 
        Plannen die zee en zout de ruimte geven blijven onverantwoord bij een 
        land dat grotendeels beneden de zeespiegel ligt. Verworven draagvlak mag 
        daarom geen excuus zijn voor het vasthouden aan verkeerde afspraken in 
        het kader van het Deltaprogramma. 
        De landelijke overheid mag de ogen niet sluiten, wanneer het fout gaat. 
        Ze dient, met een doelgerichte aanpak op basis van onderzoek en feiten, 
        te kiezen voor veiligheid en leefbaarheid. Wellicht is hiervoor meer tijd 
        nodig.
        De overheid is aan zet om bij de komende deltabeslissingen te kiezen voor 
        een progressief masterplan, gevolgd door een centrale sturing op beleid 
        en uitvoering. 
        Een overzichtelijk raamwerk kan richting geven aan een planmatige realisatie, 
        van nationaal naar regionaal, van een klimaatbestendig Nederland.
        ‘Een volk dat leeft bouwt aan zijn toekomst.’
      
Adviesgroep Borm & Huijgens – integraal waterbeheer februari 2014
Met dank aan onderstaande inspiratiebronnen:
    Prof. Dr. H. Saeijs: Weg van water
    C. Rooijendijk: Waterwolven
    Prof. Ir. H. Vrijling: Vertrouw op de dijk
    J. van Alphen, RWS Waterdienst: De Rijnmond in de toekomst
    RWS-TNO: De mooiste en veiligste delta 2010-2100
    Adviesgroep Butijn en van den Haak: Drijvende golfdempers
    Bureau Beaufort: Plan Beaufort
    Ir. T. Reijcken: Afsluitbaar Open Rijnmond
    Ir. W. Lases: Westerscheldeproblematiek