17 november 2014 WATERFORUM DISCUSSIEFORUM - Ons Water 25 november 2014
De komende reactie van minister Schultz naar
de Tweede Kamer op de uitkomst van de studie naar Plan Spaargaren kan
de richting bepalen naar een klimaatbestendig Nederland.
Als de afname van de minimum rivierafvoeren in de zomer blijft zoals
voorspeld, dan is er met het huidige Deltaprogramma rond 2050 geen houden
meer aan en bedreigt de algehele verzilting zowel de zoetwatereconomie
als de drinkwatervoorziening.
De Adviesgroep Borm & Huijgens benadrukt in dit artikel het belang
van zekerheid, waaraan Plan Spaargaren een grote bijdrage kan leveren.
Het visionaire Deltaplan, dat voorzag in een zoet Zeeuws
merengebied met een overvloed aan zoet water, verdween indertijd deels
uit beeld. De Westerschelde en de Nieuwe Waterweg bleven open, de Oosterschelde
bleef zout met getijden en de Grevelingen werd een zoutwatermeer.
Een zoet Grevelingenmeer is echter op termijn zeer gunstig voor landbouw
en industrie en om de algehele verzilting een halt toe te roepen. Mocht
er iets mis gaan met het IJsselmeer, dan geeft een zoetwaterbuffer in
het zuidwesten garanties voor de zoetwatervoorziening.
Na het lezen van de scherpe analyses van ir. W. Lases over de Zeeuwse
verzilting wordt des te meer duidelijk waar het om draait. Wij raden
u aan om hierover de vele deskundige artikelen van de afgelopen jaren
in Waterforum Discussieforum eens na te lezen. Het zal u de ogen openen.
Foto: Cor Huijgens
Het zoveelste Deltacongres
Op 5 november 2015 was het Nationaal Deltacongres wederom
een ‘feel-good’ bijeenkomst. Propaganda en organisatie bleef immers
in handen van de samenstellers van het Deltaprogramma zelf. Samenhang
ontbrak in de verstrekte folders over ‘Leven in de Nederlandse Delta’,
die alle vermelden dat het reageren op de onvoorspelbaarheid het leven
in de delta zo boeiend en stoer maakt.
Dat klinkt spannend, maar zekerheid is zoveel beter. Zolang er geen
landelijke eenheid in verziltingbeleid is en duurzaamheid te wensen
over laat, schiet het Deltaprogramma schromelijk tekort wat betreft
waterveiligheid en zoetwatervoorziening.
Schuiven met resterend zoet water
Zo achten de beleidsmakers de buffer aan zoet water op
het Haringvliet en Hollands Diep wel voldoende, maar merkwaardig genoeg
weerhoudt het hen niet om met een Kierbesluit weer zout water op het
Haringvliet te brengen, waardoor tegendraads inlaatpunten voor zoet
water naar het oosten worden verplaatst.
Verder is men voornemens het Volkerak-Zoommeer (VZM) te verzilten en
komen diverse eilanden aan het zoetwaterinfuus via aanvoer door de Roode
Vaart. De voorlopige besparing van 25 m3/s aan zoet water door een zout
VZM komt ten goede aan Midden en West Nederland. Een druppel op een
gloeiende plaat en weinig zinnig. Temeer daar deze regio zelf planologisch
niet de tering naar de nering zet met betrekking tot het zoetwaterverbruik.
Door uitbreidingswijken te blijven plannen en realiseren in dit gebied,
waar polders rond de kernen nogal eens op - 5m N.A.P. liggen, wordt
door onderbemaling zout water aangetrokken en dat vergt op zijn beurt
weer meer en meer zoet water. Daarnaast vraagt de strijd om het veen
te beschermen om veel zoet water. Er wordt hier al lang een achterhoedegevecht
geleverd tegen verzilting, terwijl de zoutwaterdruk evident is met de
ligging beneden de zeespiegel. Het zou veel logischer zijn om zich er
voor te bereiden op echte verzilting of op het onder (zoet) water zetten.
Dat zou veel kunnen besparen.
Een einde aan de zoetwaterverspilling
Het meest effectief is Plan Spaargaren, dat met de aanleg
van zeesluizen de Nieuwe Waterweg aan de oostzijde afsluit. Dit maakt
een einde aan het grootschalig zoetwaterverlies.
Kennisopbouw door inzicht, onderzoek en betrouwbare gegevens zijn onmisbaar.
Dat pleit voor het huidige onderzoek naar Plan Spaargaren.
Gezien de vele onzekerheden (in metingen, aannames of modellen) kiest
Plan Spaargaren voor een robuuste veiligheidsfilosofie en tevens extra
baten voor de buitendijkse gebieden en de zoetwatervoorziening.
Deze hoofdkeuze heeft invloed op het hele landelijk watersysteem en
is de sleutel tot een klimaatbestendig Nederland. Plan Spaargaren creëert
een omvangrijke zoetwaterbuffer. Met zeesluizen worden de bordjes in
de delta verhangen en de mogelijkheden en duurzaamheid van het Deltaprogramma
aanzienlijk vergroot.
Herziening Deltaprogramma
Alleen preventief beleid, in het verlengde van de Zuiderzeewerken
en de Deltawerken, is de juiste aanpak. Wat betekent dat voor het huidige
Deltaprogramma en de deltabeslissingen? Ook al zijn de bestaande rapporten
nog zo zwaarwegend, is er na jaren consensus bereikt en wordt de inspraak
vakkundig afgewimpeld, dan nog dient er een streep gehaald te worden
door plannen die averechts of overbodig zijn. Uiteraard zal men een
deel van de projecten kunnen herzien in een integraal kader en afstemmen
op de lange termijn.
In het Projectenboek 2016 van de Unie van Waterschappen staan overigens
vele nuttige projecten, die in het kader van het Hoogwaterbeschermingsprogramma
zonder meer uitgevoerd kunnen worden. Het werk hoeft dus niet stil te
liggen.
Vakmensen aan het roer
Wanneer alle voordelen van zeesluizen bij de diverse
belangenorganisaties bekend zijn én onderkend worden kan Plan Spaargaren
rekenen op een breed maatschappelijk draagvlak. Welvaart en milieu plukken
er de vruchten van.
Ook telt hierbij onze mondiale verantwoordelijkheid.
De hoeveelheid verbouwbare grond op aarde is beperkt. Door effectief
gebruik ervan kan de toenemende wereldbevolking gevoed worden.
Tekorten aan zoet water nemen wereldwijd toe. Nederland kan als exportland
van zoet water een belangrijke rol gaan vervullen.
Het wordt hoog tijd dat vakmensen met fundamentele kennis van waterveiligheid en zoetwatervoorziening sturing gaan geven aan het Waterschap Nederland en dat ze op basis van gericht onderzoek en integrale afwegingen komen tot verantwoorde besluiten. Dit vraagt om een effectieve reorganisatie van de leiding, de koers en de werkwijze van het Deltaprogramma.
De koers van minister Schultz
Wij gaan er van uit dat de minister als eerste de voordelen
van het Plan Spaargaren gaat omarmen en daarmee het startschot geeft
voor een radicale koerswijziging van het Deltaprogramma. Zij heeft daarbij
de onvoorwaardelijke en brede steun nodig van de Tweede Kamer. Laten
we erop vertrouwen dat de vorig jaar met grote meerderheid aangenomen
motie Geurts een positief vervolg krijgt. De Adviesgroep Borm &
Huijgens is optimistisch.
Wil Borm
Adviesgroep Borm & Huijgens - integraal waterbeheer, 16 november 2015